HomeBegraafplaatsHistorie

Historie

Salomon Simon en David Hartog waren de eerste Joden die zich rond 1730 in Oisterwijk vestigen. Daarna kwamen er snel meer. Tussen 1750 en 1850 had Oisterwijk een meer dan 100 leden tellende Joodse gemeenschap. Het waren Asjkenazische Joden uit Oost-Europa; vooral uit Duitsland, Bohemen, Moravië en Tjechië. Ze gaan aan de slag als ‘kosjere’ vleeshouwer, handelaar, marskramer en marktkoopman met Oisterwijk als uitvalsbasis. Voor het verzorgen van synagogediensten kunnen ze terugvallen op rondtrekkende ‘reis-chevres’.

De geschiedenis van de joodse begraafplaats in Oisterwijk begint met het overlijden van een Joodse inwoner van Oisterwijk in 1748. Hij wordt nog begraven in de Poelen. Enkele jaren later, in 1761, wordt voor 10 gulden het perceel “Achter de Boeijens” gekocht (1 loopense groot ca.1600 m2) voor de definitieve vestiging van de begraafplaats. De eerste rabbijn van Brabant, Jekoetiel Zuskind Rofe, (Opperrabbijn) wordt in 1757 aangesteld. Al snel groeit er een omvangrijke Joodse gemeenschap in Oisterwijk.

In 1885 wordt de helft van de begraafplaats overgenomen door de toen opgerichte Vereniging Israëlitische begraafplaats Oisterwijk. Rond 1929 wordt de vereniging volledig eigenaar van de begraafplaats. Het aantal leden van de vereniging nam gestaag af en in het begin van de 21e eeuw was er nog slechts 1 lid en dat was ook het enige bestuurslid. In 2014 is vereniging opgegaan in de Stichting Joods Begrafeniswezen Brabant.

In de 19e eeuw worden vernielingen aangericht. In 1886 wordt daarom een muur opgetrokken rondom de begraafplaats met een ijzeren poort. Daarvoor wordt een bedrag van 2600 gulden ingezameld. De Oisterwijkse Kantonrechter Mr. Abraham De Balbian Verster, tevens ouderling van de Hervormde Kerk, is de Joodse gemeenschap behulpzaam bij het oprichten van de vereniging, het bouwen van de muur en het verkrijgen van gronden rond de begraafplaats.

De ommuurde begraafplaats is ca 2500 m2 groot en ligt in een bosperceel van ca 9000 m2. Er liggen ruim 200 mensen begraven en er staan 164 grafstenen. Op de begraafplaats staat een metaheerhuisje wat in 1915 is vervangen door een nieuw en groter huisje. Door vernielingen en achterstallig onderhoud zijn de grafstenen in de tweede helft van de 20ste eeuw ernstig beschadigd. In 1997 zijn de stenen voor zover mogelijk hersteld en gerestaureerd. In 1985 is de begraafplaats aangewezen als Rijksmonument.

De oprukkende natuur bedreigde de begraafplaats. Grote bomen drukten tegen de muur aan. Er groeiden bomen in de ezelsrug, stenen brokkelden af door vorstschade. Het dak van het metaheerhuisje lekte en was beschadigd door een omgevallen boom. De houten spanten waren verrot en de muren leden onder het voortdurende vocht, de voegen sprongen uit de muur. Er werd geen onderhoud gepleegd. De Vereniging Israëlitische begraafplaats Oisterwijk was niet bij machte zelfstandig het tij te keren.

In 2012 is de Stichting Behoud Joodse Begraafplaats Oisterwijk opgericht met als doel de begraafplaats voor het nageslacht te behouden. Na onderhoud van het bosperceel en restauratie van het Rijksmonument is de begraafplaats inmiddels toegankelijk gemaakt voor bezoekers. De graven zijn geïnventariseerd en er zijn overzichten gemaakt en nabestaanden worden opgespoord. Steeds vaker bezoeken zij hun voorouders op de eeuwenoude rustplaats. Er worden rondleiding gegeven, scholen worden ontvangen, er worden open dagen georganiseerd. Er is een loot van de Anne Frankboom geplant en er is een berging naast de begraafplaats gebouwd voor onderhoud en opslag.

Login